
Laten we de feiten op een rij zetten. Halsema verklaarde tijdens de herdenking dat Amsterdam haar Joodse inwoners “gruwelijk in de steek heeft gelaten” tijdens de oorlog. Ze wees op de actieve collaboratie van de gemeente: ambtenaren leverden adressen van Joodse burgers aan de bezetter, de politie hielp bij razzia’s, en het GVB vervoerde Joden naar verzamelplaatsen voor deportatie. “De Amsterdamse overheid was niet heldhaftig, niet vastberaden en niet barmhartig,” zei ze, verwijzend naar het stadswapen. Daarnaast trekt de gemeente 25 miljoen euro uit voor een fonds om het Joodse leven in de stad te versterken, onder leiding van oud-PvdA-minister Jet Bussemaker. Dit alles volgt op een NIOD-onderzoek dat de centrale rol van het Amsterdamse gemeentelijke apparaat in de Jodenvervolging blootlegde.
Klinkt indrukwekkend, toch? Maar Cliteur, en met hem veel critici, ruikt een politieke agenda. Halsema’s trackrecord helpt niet mee. Deze burgemeester heeft een talent om te handelen wanneer het niet nodig is en te zwijgen wanneer actie vereist is, zoals Cliteur eerder schreef in een DDS-column. Neem haar blunders rond de opening van het Nationaal Holocaustmuseum in maart 2024, waar Joodse bezoekers werden geconfronteerd met antisemitische demonstranten, of haar zwakke optreden tijdens de “Jodenjacht” in november. Toen koos ze voor vage uitspraken en een noodverordening, terwijl de stad in brand stond. En nu, ineens, is ze de morele hoeder van Amsterdam’s geweten? Het riekt naar damage control, een poging om haar geschonden blazoen op te poetsen na een jaar vol flaters.
De timing is ook opvallend. Waarom nu, tachtig jaar na de oorlog, en slechts vijf maanden na een moderne uitbarsting van antisemitisme in haar stad? Critici, waaronder X-gebruikers, noemen de excuses hol en opportunistisch. Een post vat het treffend samen: “Excuses voor de Jodenvervolging nu zou meer op zijn plaats zijn, mevrouw Halsema.” Een ander gaat verder: “Ze moet gewoon opstappen. Niet houdbaar meer.” Cliteur’s oordeel – “rijkelijk laat” – weerspiegelt een bredere frustratie: Halsema’s woorden voelen als een pleister op een nog bloedende wond, terwijl ze faalt in het aanpakken van hedendaags antisemitisme.
Laten we niet vergeten: excuses voor historische misdaden zijn makkelijk. Ze kosten niets en verplichten tot weinig. Maar het echte werk – een stad creëren waar Joodse inwoners zich veilig voelen, waar relschoppers geen vrij spel krijgen – dat laat Halsema liggen. Cliteurs cynisme is terecht. Dit is geen moed, dit is een burgemeester die achter de feiten aanloopt en hoopt dat een spijtbetuiging haar uit de wind houdt. Amsterdam verdient beter.
.

ing. J. Onno Dekker
Maurits Dekker nog eens lezen!