
ROTTERDAM — Voor velen in deze zaal is dit niet zomaar een dag. Het is het vervolg van een jarenlange strijd tegen de druk en dwang die velen voelen rondom vaccinatie. Ranjana en Jason staan als journalisten van de VVJ naast de Stichting voor Waarheid tegenover de overheid in een nieuwe rechtszitting bij de rechtbank in Rotterdam. De inzet is hoog: de stichting heeft een verzoek ingediend om het gebruik van COVID-19-vaccins in Nederland tijdelijk te schorsen. De spanning is voelbaar, de zaal zit vol, en velen hopen dat dit het moment wordt waarop hun stem eindelijk gehoord wordt.
De Rechtszitting (zo goed mogenlijk meegeschreven)
Rechter:
Ik spreek er een paar dingen af. We zijn in een grote zaal. Ik begrijp ook allemaal dat ik eigenlijk allemaal iets wil zeggen. Dat kan niet. Dus ik ga het gesprek voeren met de gemachtigde van de stichting en met de gemachtigde van de meneer Scheef. De meeste mensen hebben nu een plekje gevonden of op de grond of op de stoel. Dus zo spreken we het af.
Er zijn ook journalisten in de zaal, heb ik begrepen. Het is ook zo dat die journalisten… Er is een plekje, of staat, of zit het. Ik terug naar de journalisten. Die hebben… In ieder geval één heeft gevraagd om opnames te mogen maken. We hebben een nieuwe persrichtlijn. En daarin staat dat alleen geaccrediteerde journalisten opnames mogen maken.
Zij voldeden die niet aan die voorwaarden, dus dat betekent dat er geen opnames mogen worden gemaakt. Dat betekent ook dat er door niemand met een mobiele telefoon geluids- dan wel beeldopnamen mogen worden gemaakt.
Dus ja, ik wil dus geen mobiele telefoon zien. Zie ik die nog, krijgt u een waarschuwing van mij. Bij de tweede keer, als ik het constateer, dan vrees ik dat ik u moet verzoeken om de zaal te verlaten. Dus dat zijn een beetje de regels die we even moeten afspreken.
Spreker publiek:
Hoe verhoudt dat zich met de openbaarheid van de rechtsspraak in de grondwet?
Jason:
En ik maak mijn notities op mijn telefoon.
Spreker publiek:
Ja, ik ook.
Rechter:
U mag notities maken wel, maar ik zeg, u mag geen beeld en geen geluidsopname maken.
Jason:
Nee, maar als u zegt dat u mijn telefoon ziet…
Rechter:
Ik heb afgesproken, u bent publiek. Ik heb heel duidelijk de regels uitgelegd. En ik stel voor dat we nu ook met de zaak gaan beginnen.
Ik zei al, we hebben een verzoek om voorlopige voorziening van de Stichting voor Waarheid en dat heeft betrekking op het besluit van de minister van 12 september waarbij het verzoek om de bevoegdheid van artikel 20, vierde lid van de verordening van de EG-verordening 726/2004 in te zetten en daarbij het gebruik van de COVID-19 vaccins, Comirnaty en Spikevax te schorsen.
Bij dat verzoek is er ook verzocht om een ordemaatregel. Die is afgewezen.
Volgens mij heeft meneer Van den Veer gisteren nog gevraagd om een beslissing daarop. De werkwijze van de rechtbank is al dus. Wij hebben hem gemotiveerd afgewezen, dat heeft hij ook gekregen. Doen we dat pas bij een beslissing of een uitspraak als dat ook daadwerkelijk wordt toegewezen?
Speaker van der Veer:
Ja, even kijken. Nou, ik ben zelf, ik heb zelf lang in het voorlopig voorzieningenteam in Amsterdam gewerkt. En voor mij is de gebruikelijke werkwijze dat ook een afwijzing van de ordemaatregel op schrift wordt gesteld. Waar het ons vanavond om gaat, kijk het hoeft niet per se op schrift te zijn, maar wat we wel graag willen weten…
Rechter:
Ik ben daar niet bij betrokken geweest.
Speaker van der Veer:
Maar goed, dat is het belangrijkste voor ons te weten inderdaad. We weten ook dat u daar onbevoegd in staat. Wat we ook nog zouden willen weten is hoe het tot stand is gekomen. Weten we dus niet dat het proces verlopen is geweest of de wederpartij nog op een standpunt is gedraaid.
Rechter:
Dat is niet gebruikelijk dat dat gebeurt, omdat er meestal een hele grote spoed mee is gemoeid. En dat was in dit geval ook zo.
Speaker van der Veer:
Ja, maar er was wel op zich wat tijd over. Er had gebeld kunnen zijn om een standpunt te vragen.
Rechter:
Ik weet het niet. We zijn niet bij dat overleg. Dank voor het antwoord. Ik ga even met u door…
Speaker van der Veer:
Mogen wij trouwens nog wel, sorry dat ik onderbreek, maar weten welke rechter dat wel heeft gedaan, die die beslissing heeft genomen? Want dat is ook voor ons wel belangrijk om te weten.
Rechter:
Waarom is het voor u belangrijk om te weten?
Speaker van der Veer:
Nou ja, allereerst voor bevoegdheid. We gaan er wel van uit natuurlijk, maar dat er een bevoegde rechter deze beslissing heeft genomen. Maar het is toch belangrijk om te weten welke functionaris de beslissing heeft genomen.
Rechter:
Volgens mij was de griffier erbij. En wie is de rechter geweest? Mevrouw Van Baren is dat geweest.
Speaker van der Veer:
Mevrouw Van Baren, oké. Dank u wel.
Rechter:
Goed, dan ga ik verder met kijken of we allemaal beschikking hebben over dezelfde stukken. Ik heb het verzoek om voorlopige voorziening te ontvangen met de bijlagen. Ik heb de stukken van de minister ontvangen en daar ook een verweerschrift. Ik neem aan dat u dat ook ontvangen heeft, het verweerschrift.
Speaker van der Veer:
Zeker.
Rechter:
En ik heb verder van u geen nadere stukken gezien na het indienen van het verzoek om voorlopige voorziening. Ik zie meneer Engel knikken.
Engel:
We hebben daar wel over nagedacht, maar we wilden u een beetje ontzien, want we hebben al, denk ik, meer dan 100 pagina’s ingeleverd.
Rechter:
Ja, dat klopt, inderdaad. Nou is mijn volgende vraag, wilt u het verzoek om voorlopige voorziening nog toelichten?
Speaker van der Veer:
Nou, op zichzelf houden mijn collega’s zich bezig met het inhoudelijke gedeelte over de medische aspecten. Ik neem aan dat we zullen moeten ingaan op het verweerschrift.
Rechter:
Ik vraag of u een toelichting wilt geven. Daarbij zeg ik altijd zelf, of wacht u mijn vragen af, dat is ook nog een optie.
Speaker van der Veer:
Allereerst zou ik wel willen hebben over de wijze waarop de procedure is verlopen. We hebben al kenbaar gemaakt hoe wij denken over de afwijzing van de ordemaatregel en de argumenten die daar zijn aangevoerd. Dat zijn eigenlijk drie oneigenlijke argumenten, zoals we ook al in de reactie in de e-mail hebben aangegeven. Ik wil het toch nog even benadrukken. Pas daar heel lang stil zitten, heeft er weer op 12 september, net voor het weekend dat de prikronde zou aanvangen, hebben ze onaangekondigd dat besluit genomen. Wij konden het niet weten. Er was niet een termijn die verliep op die dag. Dus er had misschien wel helemaal geen beslissing genomen kunnen worden voor de prikronde zou aanvangen. Vervolgens hebben wij alles op alles gezet natuurlijk om daar dan rechtsmiddelen tegen aan te wenden. Dat hebben we ook op zo’n kortst mogelijke termijn gedaan, gegeven onze zeg maar de beperkingen die we daarin hadden. En vervolgens wordt ons tegengeworpen dat wij niet voor de prikronde deze procedure zijn aangespannen. Maar dat komt dus helemaal niet omdat Verweerder als soldaat heeft besloten. We zijn al vanaf mei bezig om hier een beslissing over te krijgen. Inhoudelijk hoeft er maar weinig te gebeuren. Verweerder heeft eerst tweeënhalve maand stilgezeten voordat ze het verzoek uit hebben gezet naar de CBG om advies in te winnen. Daar kwam al binnen een week reactie op en volgens is het nog een maand blijven liggen, waardoor wij gewoon niet op tijd deze procedure hebben kunnen aanspannen. Dus wij zijn daar toch wel ontstemd over dat dat op deze manier gelopen is. En vervolgens, het argument dat is meegewogen, door kennelijk mevrouw Van Baren, dat mensen al weten waar ze aan toe zijn intussen bij deze negende prikronde en dat het op vrijwillige basis gebeurt. Dat zijn allemaal argumenten die wij in de eerdere procedures hier bij dezezelfde rechtbank ook aan de orde hebben gehad, telkens debat over hebben gevoerd, telkens aangegeven, ja maar dat doet er niet toe. Als je op het standpunt stelt dat er sprake is van een ondeugdelijk middel, waarbij niet sprake is van een normaal risiconiveau, dan doet het er niet toe of je een prik vrijwillig neemt, of je hem op eigen verzoek neemt. Toch komt dat argument weer terug. We hebben het uiteindelijk in de bodemprocedure in oktober is het weer aan de orde gekomen. Toen heeft de collega meneer Dingemans hetzelfde voorgelegd aan het CBG. We hebben daar nog aan gerefereerd in de e-mail. Dat stuk aangehaald wat er toen besproken is. Die heeft gewoon voorgehouden aan het CBG van hoe het kan niet deugdelijk is, dat je dan zegt van dat is toch vrijwillig, dan doet de vrijwilligheid toch niet ter zake. En toen heeft ook een vertegenwoordiger van het CBG, dat was toen een advocaat van Pels Rijcken, die heeft daarmee ingestemd. Die heeft ook aangegeven, nee dat klopt inderdaad, maar wij vinden dat dat niet zo, dat dat anders is. Dat is ons standpunt geweest. We moeten het gaan hebben over, nou ja, de van dit middel. Is het nou schadelijk of is het niet schadelijk? Dat is de voorafgaande vraag. En daar ga je gewoon aan voorbij als je zegt van ja, je neemt het toch vrijwillig. Dus al die aspecten, wat ons betreft, hadden die niet kunnen worden gebruikt om die ordemaatregel en dat verzoek af te wijzen. En daar is nu alweer tijd overheen gegaan. Mijn collega zal zometeen ingaan op de nieuwe bijwerkingen in de…
Rechter:
We hebben het de vorige keer elke keer binnen drie kwartier gedaan.
Speaker van der Veer:
Ik zit even te denken. Dan ben ik ingegaan op eigenlijk de belangrijkste aspecten die hier nu ook een rol spelen. De spoedeisendheid. Natuurlijk De prikcampagne is nog steeds gaande. Ook daarom is het vreemd natuurlijk dat werd gezegd van hij is nu begonnen dus er is nu geen spoedeisendheid.
Rechter:
Daar gaan we zo over spreken over de spoedeisendheid.
Speaker van der Veer:
Nee, maar ik heb nu toch nog even terug naar twee weken, want we zijn weer twee weken verder en er zijn weer bijwerkingen bijgekomen. Dus elke keer, elke dag dat die prikcampagne, zeker in het begin dat die loopt, dan doet dat risico zich voor waar wij nu juist ons voor hard maken. Het is niet niets waar we het over hebben. Het gaat om ernstige bijwerkingen die elke dag erbij komen van mensen die onwetend zijn over wat voor middel dat ze nemen.
Maria-Louise:
Ik ga daar heel even op inhaken. Want ik heb inderdaad in de database gekeken. De cijfers die ik bij u heb aangeleverd als bijlage bij het verzoekschrift tot een voorlopige voorziening. Dat is iets van 11 of 12 pagina’s. Daar ga ik straks ook nog wel even op in. Maar daar zijn de cijfers tot en met 12 september bijgewerkt. Dus dat is eigenlijk drie dagen. Dus de dag voordat de prikronde begon. En er zijn de afgelopen twee weken alweer vier ernstige bijwerkingen bijgekomen in de database. Dus dat betekent dat er weer vier mensenlevens zijn geruïneerd. Want een ernstige bijwerking is of een opname in een ziekenhuis, of een levensbedreigende situatie zoals een anafylactische shock, of overlijden. Dus de kans is heel reëel dat hier ook alweer een overlijden tussen zit. Dus het gaat hier echt om leven en dood. Maar dat lijkt heel vaak over het hoofd te worden gezien. Er zijn alweer vier ernstige bijwerkingen bijgekomen de afgelopen twee weken, die dus niet nodig waren geweest als uw rechtbank gewoon een ordemaatregel had getroffen.
Speaker van der Veer:
Ja, ik denk dat ik wat betreft de spoedeisendheid wel voldoende duidelijk heb gemaakt. Nog even over de procedure, hoe dat gelopen is, die vier maanden dat deze manier te doen. En ja, ik bedoel zelfs, ik zou zelf zeggen dat, ja, je kunt zeggen, als je het eerdere verloop en ook de vorige zaken erbij betrekt, ja, kwaad opzet, kun je zelfs ook van spreken vind ik in zo’n geval. Als je op deze manier met besluitvorming omgaat en mensen niet, de stichting niet serieus neemt of misschien juist te serieus neemt.
Ja dan, de spoedeisendheid heb ik er wel genoeg over gehad. Ik kan wel vast ingaan op wat er is gezegd over de belanghebbendheid misschien.
Rechter:
We komen straks denk ik vooral om te spreken. Daar heb ik ook gewoon vragen over. Dus dat moet u op wat mij betreft even parkeren.
Engel:
Oké, dan heb ik denk ik mijn deel genoeg toegelicht. Ik weet niet of… Ik zal heel kort een paar punten uitlichten. Het schrijven van 7 oktober. Wat me opvalt, is dat het een paar keer terugkomt, is dat het onomkeerbare gevolgen zou hebben als de prikcampagne stopt. En er wordt een soort collectivistisch beeld aangehaald van dat het de plicht is van de overheid om al deze ziek, zwak, mislukken en kwetsbare mensen te beschermen. Maar ik wil toch nog eventjes wijzen dat het niet over zieken gaat. De tekst die door elkaar wordt gehaald lijkt heel erg op compassionate use. En dat is een term in de medische stand die gaat over het toch toelaten van een middel, ondanks dat er geen vergunning is, omdat we te maken hebben met ernstig zieke of terminale patiënten. Dat is deze groep niet. Daarbij wordt de andere kant niet bekeken, die net is toegelicht. Er wordt gezegd, er gaan nog steeds mensen dood aan corona. Dan heb ik de vraag, is het aan of door corona of na corona? En datzelfde geldt voor de prik. Gaan mensen dood na de prik? Dat is duidelijk. Gaan ze dood door de prik? Ja, dat is ook toegegeven door de RIVM. En dan kom ik op, denk ik, het hoofdpunt van vandaag. Waar zijn de stukken die bewijzen dat er een positief effect is? De kost-batenanalyse of de nut-risicoberekening wordt constant verwezen naar het EMA en dat stuk en dat stuk. Ik heb ze echt allemaal doorgenomen.
Ze zijn er niet.
Dus dat is één van de punten. Over dat wij niet bevoegd zouden zijn omdat dit niet te maken heeft met de democratische rechtsstaat komen we zo over te spreken. Dat vond ik een enigszins hilarisch gedeelte. Er bestaat in Nederland geen vaccinatieplicht. Er zit hier in de zaal iemand waarbij een familielid verplicht of gedwongen is gevaccineerd.
Spreker uit het publiek:
Mijn broer, vorige week gedwongen gevaccineerd.
Rechter:
Ik begrijp dat u heel geëmotioneerd bent. Maar meneer Engel is nu aan het woord en ik heb ook uitgelegd, we zijn met zoveel, dat niet iedereen zomaar even het woord kan nemen.
Engel:
En het is niet het enige geval. Er hebben meer mensen zich tot ons gewend met dergelijke schrijnende verhalen. Dus ik vind het een heel luguber argument om te zeggen ja, maar je hoeft het niet te nemen. Die keus is niet iedereen gegeven. Dan wordt er nog gezegd van, zoals de achterban van verzoeksters, vrij zijn om de vaccinatie niet te halen. Dat is de werkelijkheid omdraaien. Je bent vrij om de vaccinatie wel te halen. Het is geen verplichting en dat mag het ook nooit worden. En dat laat weer het collectivistische standpunt zien, die tunnelvisie waarin VWS zit. Wat wel heel fijn is, is dat de minister eindelijk toegeeft dat zij samen met het CBG inderdaad de bevoegdheid hebben om het gebruik te schorsen. Daar zijn we al twee jaar over bezig. We zijn het van het kastje naar de muur gestuurd. En zoals mijn collega net al zei, dit is kwade opzet. Dit is opzettelijk traineren, zodat er nu drie prikrondes verder zijn met een heel aantal doden tot gevolg. Dan wordt er ook nog eventjes ingegaan in de beslissing, dus van 12 september volgens mij, van de minister over het effect op het milieu. En dat lijkt mij ook relevant, want De hele prikcampagne plus de toelating, het gebruiken en de handel zijn allemaal in strijd met het verdrag van Aarhus en ik wil dat u dat ook meeneemt vandaag. Dat waren mijn korte opmerkingen erover.
Maria-Louise:
Ik heb daar nog een korte toelichting op. Dat is bij een van de vorige zittingen ook wel voorbij gekomen. De injecties hebben vergeleken met een soort van kermisattractie waarvan met het blote oog te zien is dat er een heleboel bakjes of al vanaf gestort zijn of in de fik staan of het deurtje doet het niet meer. Dat het gewoon levensgevaarlijk is en dat wij eigenlijk een beroep doen op het bestuursorgaan om handhavend op te treden om die kermisattractie te sluiten. Of in ieder geval tijdelijk te sluiten en zo zou je een schorsing kunnen zien. En dat vervolgens het CBG met droge ogen zegt ja wij hebben geen brandslang om te blussen wij zijn niet bevoegd. En dat we in dat hele cirkeltje terecht zijn gekomen. En dat er nu weer iedere keer een beroep wordt gedaan op die vrijwilligheid. Dat is een beetje vergelijk alsof je met een casino te maken hebt met een Russisch roulette. Een spel. En dan zeg je ook, kunt u alstublieft dat casino dichtgooien? Ja, het is waar. Mensen doen vrijwillig mee aan Russisch roulette. Ja, dan is er ook een verantwoordelijkheid voor de overheid om in te grijpen. Doen ze dat niet, komen wij iedere keer uit bij de rechtspraak. Maar de rechtspraak grijpt ook niet in. En dat vind ik het toch wel heel bizar. Er is eigenlijk één ding wat mij echt in het oog is gesprongen uit het verweerschrift op pagina 6. Misschien is het handig als u die er even bij pakt. En dan net boven dat dik gedrukte kopje 5, besluit niet evident onrechtmatig. Dan even kijken hoor, daarboven hebben we een alinea die begint met bovendien. Bovendien betreft de op 15 september 2025 aangevangen prikcampagne reeds de negende ronde. Verzoekster heeft geen acute, gewijzigde omstandigheden naar voren gebracht, waardoor juist nu aan de handrem moet worden getrokken in deze ronde. Voor zover verzoekster betoogt dat de situatie sinds vernoemde uitspraak van de voorzieningenrechter is verslechterd, waardoor thans wel sprake zou zijn van een spoedeisend belang, volg ik dat niet. Dus dat wordt hier gezegd door de minister, terwijl als u kijkt naar dit document dat is meegestuurd als bijlage bij de voorlopige voorziening, dan zou ik u even willen vragen om met mij mee te bladeren naar pagina… Even kijken. Ik neem aan dat u het verzoekschrift daar hebt liggen. En daar zit een bijlage bij met de laatste stand van zaken voor wat betreft de laadrechtscijfers. Ik neem aan dat de minister u ook gelezen heeft.
Rechter:
Maar vertelt u maar.
Maria-Louise:
Nou ja, daar staat op pagina 10, daar heb ik een berekening gemaakt voor het aantal schademeldingen wat erbij is gekomen sinds de achtste prikronde. Dus dat is een periode van een jaar. En de laatste keer dat ik die cijfers heb gecheckt was op 8 september 2024. En die heb ik vergeleken met de huidige cijfers van 12 september 2025. Dus dat is ongeveer een periode van een jaar. En dan kun je zien dat er 1212 nieuwe meldingen zijn binnengekomen afgelopen jaar, maar van 155 ernstig. We hadden net al even gezien wat nu precies kwalificeert als een ernstige bijwerking en we weten uit de praktijk dat ongeveer 13% van de ernstige bijwerkingen overlijdt. Dus dan hebben we het over 15 tot 20 doden die erbij zijn gekomen afgelopen jaar. Dus het is eigenlijk bizar dat de minister zich nu nog steeds op het standpunt durft te stellen dat er geen verslechterde situatie zou zijn of dat hij dat standpunt niet zou kunnen volgen. Dan hebben we of te maken met iemand met een IQ van een zwakzinnige of te maken met iemand die volgens kwade opzet handelt. Zo simpel is het en ik mag hopen dat u nou eindelijk eens een keer een einde hier aan gaat maken.
Rechter:
Ik kom bij u. Wilt u ook al reageren of zegt u ook, ik wacht de vragen af?
Verweer (ministerie):
Ik heb ervoor gekozen om de vragen af te wachten, maar ik zou wel nog even willen reageren op het verloop van de procedure, daar is wat over gezegd. Dat er onaangekondigd is beslist door de minister. Ik zou denken dat de stichting zijn weg goed weet te vinden in het bouwen van procedures. Dat hebben we inmiddels wel gezien. Met alles wat er loopt en ook alle uitspraken die er al zijn gedaan. Er is ook een ingebrekestelling ingediend en dat heeft u kunnen zien op stage in juli. En vervolgens is er op 14 augustus ook nog een verzoek binnengekomen van de stichting om spoedig te beslissen. Ja, daar is het ook bij gebleven. Dus ik zou zeggen, als de stichting dat anders had gezien, dan waren er nog andere dingen mogelijk geweest. Spoedeisend belang. Nou, ik heb het gehoord over vrijwilligheid. Ik wil er niet heel veel over zeggen, behalve dan dat er iets wordt geïnsinueerd over wat de landsadvocaat zou hebben gezegd. Ik denk niet dat dat gezegd is. Ik was er alleen niet bij.
Vrijwilligheid staat uiteraard niet in de weg aan de inhoudelijke discussie over de veiligheid van deze vaccins. Dat staat buiten kijf. Maar naar mening van de minister hoort die discussie niet thuis in een voorlopig-voorzieningenprocedure. Dat is een ingewikkelde discussie. Het gaat over allerlei onderzoeksgegevens. Daar is hier vandaag geen ruimte voor. Die vrijwilligheid die hebben wij genoemd in ons stuk, omdat die wel maakt dat burgers nu al kunnen beslissen om die prik niet te halen. Dat staat een ieder vrij. Ik denk ook zeker dat de achterban van de stichting ervoor kiest om die vaccins niet te halen. En daar gaat deze voorlopige voorziening niets aan veranderen. Alleen in die sleutel hebben wij de vrijwilligheid genoemd. Dan de onomkeerbaarheid. Er wordt gezegd dat er sprake zou zijn van compassionate use. Dat wil ik weerleggen. Daar is geen sprake van. We hebben gewoon de informatie gebruikt voor het verweerschrift die ook op de website van het RIVM te raadplegen is over de prikcampagne. En die ook terug te vinden is in het advies van de Gezondheidsraad. Het gaat om die groepen. Geen compassionate use. Dan die nut-risicoverhouding. Het komt ook alsmaar terug dat die niet inzichtelijk zou zijn, dat er geen berekening zou zijn. Ik verwijs naar de EPAR. Daar staan tien pagina’s over wat er precies allemaal is meegewogen aan bijwerkingen, aan klinische gegevens. Ja, ik begrijp eigenlijk niet waar het argument vandaan komt dat die berekening, het is geen berekening, het is een weging, dat die niet inzichtelijk zou zijn. Dan tot slot de bevoegdheid. Nou, fijn dat we het er over eens zijn dat de minister hier bevoegd is. Kastje naar de muur. Nou, daar ben ik het wel een beetje mee eens. Het verdiende niet de schoonheidsprijs wat er is gebeurd van onze kant. Aan de andere kant moet ik erbij zeggen, de stichting ten eerste, er is geen sprake van kwade opzet aan de kant van de minister. Dat wil ik echt ontkrachten. En daarbij speelt de rol dat de stichting in eerste instantie een heel ander verzoek heeft ingediend. Namelijk een verzoek om de handelsvergunningen, laat me even uitpraten, te schorsen. Dat kan de minister niet. Dat kan alleen de Europese Commissie bij dergelijke handelsvergunningen weer aan de orde zijn. En later is het verzoek van kleur verschoten en nu hebben we het over schorsing van het gebruik.
Rechter:
Er zijn ook meerdere bestuursorganen bij betrokken geweest. En eigenlijk is de stichting nu, bij, de minister, aan het juiste adres.
Verweer (ministerie):
Juist. En daar zijn we het geloof ik over eens.
Rechter:
Nog verdere vragen?
Verweer (ministerie):
Ik zet een punt hier, want ik ben uitgesproken.
Even kort iets aanvullen, want er wordt nu gezegd dat de minister samen met het CBG bevoegd zou zijn. Dat is natuurlijk niet het geval.
De minister is bevoegd, heeft advies gevraagd aan het CBG. Ik denk dat dat wel belangrijk is.
Maria-Louise:
Mag ik daar nog even op inhaken? Het is echt volstrekt ongeloofwaardig dat het CBG niet op 1 oktober 2023 onmiddellijk polshoogte heeft genomen bij de minister van Volksgezondheid. En wij hebben ook iedere keer een beroep gedaan op de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, dat er een doorzendplicht geldt op het moment dat niet duidelijk zou zijn in welk postvak dit stuk nou precies, waar het nou precies had moeten belanden. Dus het is echt volstrekt ongeloofwaardig dat het nu pas voor het eerst bij de minister bekend zou zijn, dat de Stichting voor Waarheid hier een probleem mee heeft, dat er maar liefst 1,1 miljoen mensen in de kreukels liggen als gevolg van deze prikken.
Rechter:
Nee, ik sluit het nu af. Ik ben nu aan zet. Ik ga mijn vragen stellen. Mochten er, nadat ik mijn vragen heb gesteld, toch nog hele dringende dingen zijn, dan krijgt u daar ook nog een keer de kans voor. Het voertuig heeft een belang. Ik doe heel veel voorlopige voorzieningen. Mijn hele simpele visie daarop is, kan iemand de beslissing op bezwaar afwachten? Dus dat is iets wat ik hier ook mee zal nemen. En dan één vraag aan de minister. Wanneer zal er een beslissing genomen worden op een bezwaarschrift? Is daar al een planning voor gemaakt, voor een hoorzitting?
Verweer (ministerie):
Nee, het bezwaarschrift is bij ons in ontvangst genomen. De omstand is in orde. Een collega van ons heeft dat in behandeling, maar er is voor zover ik weet nog geen hoorzitting ingepland.
Rechter:
En tot wanneer loopt nou precies die vaccinatiecampagne?
Maria-Louise:
Die loopt tot 6 december.
Rechter:
Dus de kans, als ik dit afzet tegen wat ik meestal als maatstaf neem, dan moet ik daaruit afleiden dat er eigenlijk wel een spoedeisend belang is. U denkt daar anders over. Ik geef aan hoe ik dat ongeveer bekijk. Ik zal daar een beslissing over nemen in mijn uitspraak of er wel of geen spoedeisend belang is, maar dit is in ieder geval de visie die ik heb en als ik dat zo een beetje doortrek, dan ga ik er vanuit dat er wel een spoedeisend belang is.
Verweer (ministerie):
Dat is het uiteindelijke in de afweging.
Rechter:
Die zal ik ook zeker motiveren in mijn uiteindelijke uitspraak. Dan komen we bij het punt van is de stichting wel belanghebbende en dan verwijst de minister naar artikel 2 van de statuten van de stichting. Het is niet die strijd voor het behoud van het democratische rechtsstaat. En u zegt ja, daar valt niet de volksgezondheid onder. Zo heb ik u begrepen. Het is natuurlijk wel een hele brede doelstelling. Ik heb ook nog geen andere bestuurder horen zeggen die er een punt van heeft gemaakt. Wilt u nog verder toelichten waarom u meent dat de volksgezondheid niet onder het begrip democratische rechtsstaat zou komen.
Verweer (ministerie):
Nou, we hebben ook dat punt in het verweerschrift al vrij uitvoerig toegelicht. We hebben ook verwezen naar een president waarin…
Rechter:
Waarom heeft u dan niet meteen het verzoek op die grond afgewezen?
Verweer (ministerie):
Nou ja, daar hebben we ook over aangegeven in het verweerschrift, dat we dat niet hebben gedaan, maar dat we wel denken dat dat had moeten gebeuren. Dat is iets wat niet-ontvankelijk had moeten worden verklaard. Maar goed, we begrijpen ook dat u in het kader van een voorlopige voorziening…
Rechter:
Zegt van, ja, dat is weer iets wat in de bodemprocedure moet worden uitgezocht.
Maria-Louise:
Zou ik daar iets op mogen zeggen?
Rechter:
Nou ja, zullen we even, laten we even die vragen afmaken.
Speaker van der Veer:
De doelstelling is zodanig breed dat je daar eigenlijk alles onder kunt scharen.
Rechter:
Wat natuurlijk ook van belang is bij artikel 1:3, derde lid, is dat je natuurlijk ook als stichting moet laten zien dat je ook waar je mee bezig bent, dat je dat ook uitdraagt en daar ook iets mee doet. Ik zeg mijn leven heel huiselijk. Nou ja goed, ik denk dat we daar geen verschil van mening over hebben. Dat de stichting natuurlijk wel heel bezig is met de volksgezondheid. Dat wil ik u meegeven. Maar goed, het zou best kunnen zijn dat ik uiteindelijk zeg van nou, ik schuif dat punt door naar de bodemprocedure. Is daarmee ook een punt?
Maria-Louise:
Nee, nog één kort punt. Ik denk dat het belangrijk is om wel ook even naar de historische context te kijken. Dus dan als je ziet dat bijvoorbeeld het EVRM in 1948 na de Tweede Wereldoorlog in werking is getreden en vervolgens nog in de jaren zestig het Bupo-verdrag in zaken de burgerlijke en de politieke rechten en dan uiteindelijk ook nog het handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Dan zien we daar eigenlijk een hele duidelijke rode draad in, dat we iets geleerd zouden moeten hebben van de Tweede Wereldoorlog en de Neurenbergprocessen, namelijk dat het niet is toegestaan om medische experimenten met mensen uit te halen. Dat blijkt ook heel duidelijk uit artikel 7 van het Bupo. En dat blijkt ook, daar staat trouwens ook nog in, ik weet even niet precies het artikel uit mijn hoofd, maar in elk geval 15 van het EVRM, dat op het moment zelfs dat we met een noodtoestand te maken hebben, bepaalde grondrechten never, nooit, niet, mogen worden ingeperkt. Daar mag je gewoon niet van afwijken. Dat is het recht op leven, dat is het verbod op slavernij, het habeas corpus beginsel, maar ook het recht op lichamelijke integriteit. En dat recht op lichamelijke integriteit is ook nog heel mooi uitgewerkt in artikel 3 van het handvest van de grondrechten van de Europese Unie. En ook daar staat heel duidelijk in dat er sprake moet zijn van geïnformeerde toestemming. De volksgezondheid hoort dus in die zin wel degelijk bij het begrip grond- en mensenrechten. Er worden niet voor niets zoveel artikelen aangewezen in zowel het EVRM als het Bupo als het handvest. Dus het is eigenlijk volstrekt ridicuul als de minister hier zegt dat wij ons alleen maar met mensenrechten mogen bezighouden en dat de volksgezondheid daar niet onder zou vallen. Dan sla je compleet de plank mis en heb je niets begrepen van de historische context van de totstandkoming van deze mensenrechten.
Rechter:
Oké, dus het betoog is dat onze gezondheid inderdaad gewoon binnen de doelstelling valt.
Maria-Louise:
Uiteraard.
Rechter:
Helder, ik heb u gehoord. Dan kom ik toch echt wat meer bij de inhoud. Ik heb het net al gezegd. Het verzoek is nu bij de minister terechtgekomen. De minister is bevoegd, maar die heeft natuurlijk heel duidelijk getoetst aan artikel 20, vierde lid van de richtlijn. En dat heeft gekeken of die dat moest toepassen, over de uitkomsten daarvan weet ik het niet eens. Maar het gaat mij om, het is natuurlijk ook eigenlijk net wel even in een iets andere context dan de eerdere verzoeken die u heeft gedaan. Al die stukken overgelegd en er zitten heel veel ook bepalingen uit onder andere de geneesmiddelenwet bij maar goed dit moet toch anders worden bekeken en dan gaat het natuurlijk ook om van ja had de minister onmiddellijk moeten optreden ter bescherming van de gezondheid en het milieu en dat dat optreden dan ook absoluut noodzakelijk is en dus in dat kader moeten we dat zien. Ik heb een groot deel van de stukken overgelegd, die waren ook al in de eerdere procedures overgelegd, zei ik net ook al. En goed, volgens mij is het, als ik de stukken goed gelezen heb en goed begrepen heb, dan gaat het u, en dat heeft u mevrouw ook al benadrukt, dat het specifiek gaat om de bijwerkingen. Ja, er gaan mensen dood. En de ernstige bijwerkingen die het vaccin met zich meebrengt. Dat heeft u ook al benadrukt. De minister is daar ook op ingegaan, alleen de uitkomst van die…
Maria-Louise:
Nee, de minister is daar niet op ingegaan, want de minister is alleen maar ingegaan op de EudraVigilance, en dat is de Europese database, die ontzettend verwaterd is, omdat we, godzijdank, ook nog normale burgers in de Europese Unie hebben wonen, zoals in Bulgarije, die nooit die prik halen. Maar ik heb specifiek gevraagd om de Nederlandse LAREB-cijfers eens een keer te bekijken. En daaruit blijkt dat er 236.603 meldingen zijn binnengekomen. Sorry, 1,1 miljoen bijwerkingen zijn gemeld de afgelopen vijf jaar. En dat er 6.365 ernstige bijwerkingen op dit moment in het systeem staan. Waarvan minstens 800 doden. En dan heb ik toch wel even een vraag. Vorig jaar stond het hele land in rep en roer. Het hele land stond in rep en roer over een paar blauwe bessen. Er waren 29 mensen ziek geworden van wie er acht in het ziekenhuis zijn beland. Geen één dode. Maar we zijn heel hysterisch alle schappen leeg gaan halen. En nu hebben we 236.000 meldingen. En er wordt gewoon gedaan alsof wij gek zijn en dat er niet een gevaarlijk middel op de markt is.
Rechter:
Ik begrijp dat u heel emotioneel bent, maar we zitten hier in een in de procedure en ik vind het applaus dan eigenlijk niet op zijn plaats. Ik begrijp het wel, maar ik stel het niet op prijs. Laten we het zo zeggen. Dat is voor u een heel belangrijk punt. Dan kom ik toch bij de minister. Want dat is het punt en dan met name dat de Lareb-cijfers eigenlijk niet zijn meegenomen in het Europese verband. Want u zegt van het middel is destijds goedgekeurd. Daar denkt de stichting anders over. Zij vinden dat dat onterecht is gebeurd. Om het even in een nutshell aan te geven. En nu ben ik even voor mijn apropos door het applaus. Kijk, wat gebeurt er nou? Dan kan ik geen goeie vragen meer stellen. Ook nadat de vaccins vergund zijn en gebruikt worden, worden ze steeds gemonitord. Dat is wat de minister zegt. Dat wordt ook in het Europees verband gedaan, de EMA kijkt daar naar. En het punt van mevrouw is dat ze zeggen van ja, maar daar wordt juist niet rekening gehouden met de Lareb-cijfers, de Nederlandse gegevens. Heel eerlijk gezegd dacht ik toen ik dat las, maakt het dan uit of het vaccin in een Nederlandse arm gaat of in een Duitse arm. Maar ik wilde toch een reactie van u doen.
Verweer (ministerie):
De EMA beheert namens alle medicijnautoriteiten, waaronder ook het CBG, een databank. Dat is die databank die ook net werd genoemd, en daarin worden alle meldingen van vermoedelijke bijwerkingen opgenomen. Dus bijwerkingencentra zoals Lareb, die bijwerkingen die daar worden gemeld, die komen ook in de databank terecht. Dus het is gewoon onjuist dat Nederlandse bijwerkingen in een apart systeem terechtkomen en niet in Europees verband worden bekeken.
Engel:
Als ik mag, dan wil ik daar graag wat over zeggen. Dat is niet helemaal waar. Het EudraVigilance weegt meldingen anders en de registratie gaat ook anders. En zoals Maria-Louise al zei, wordt op een grote hoop gegooid. Er is wel degelijk, want in het verweer staat er is geen wetenschappelijke consensus dat er verschil zou zijn tussen een Nederlander of een Europeaan. Ja, maar één van onze punten is juist de vervuiling die is opgetreden in het productieproces bij al deze mRNA, Gent Therapeutische Experimentele Injecties. Waarom, want dit is ook wat de minister verborgen houdt, worden de batch rapporten niet gepubliceerd? Waarom worden de Lareb-weekstaten niet gepubliceerd? Het bewijs is in bezit van de minister. Wij stellen met het gebrekkige bewijs dat we hebben kunnen bemachtigen, dat er iets heel ernstigs aan de hand is. De minister zegt, nee hoor, je moet ons maar geloven, maar het bewijs dat wij inderdaad hebben, mogen jullie niet zien. Ja, ik krijg daar een heel onharmonisch gevoel van. Ook als ik naar het advies kijk van het CBG, dan worden daar acht voetnoten geplaatst, die allemaal gaan over het EMA. Maar wat is de functie van het CBG en het Lareb? Het Lareb hangt aan het CBG, rapporteert aan het CBG, Zij hebben zelf die cijfers uit eerdere WOB-stukken. Toen was het nog de WOB volgens mij. Het is nu de WOO. Kunnen we zien dat er, als het gaat om AstraZeneca, inderdaad is ingegrepen op bepaalde meldingen over batch-onregelmatigheden. Daar hebben wij ook stukken aan voor aangeleverd. Er zijn veel publicaties in onze schrijven, vooral van Piepek en Menneke, maar ook van Amerikaanse en Tsjechische acteurs, die bewijzen dat er een groot verschil is tussen de batches. Dus dat bepaalde batches veel schadelijker zijn. Dus is het.
Zolang wij niet weten welke batches er in Nederland zijn gebruikt, absoluut wel relevant om naar specifiek de Nederlandse situatie te kijken. Daar komt nog bij dat de vraag en de bevoegdheid heel duidelijk gaat over het Nederlands grondgebied. De vergunning kon niet geschorst worden, hoewel dat onlosmakelijk verbonden is met het gebruik. Dus het is een hele rare wetstekst. Artikel 20. Precies, dat staat niet ter beoordeling. Artikel 20, lid 4, gaat over het schorsen van het gebruik van de vergunning van het middel op het Nederlands grondgebied. En dan worden we terugverwezen naar de Europese regelgeving. Ik ga weten of het gaat om.
Rechter:
Het gaat om het gebruik van het middel en niet om de vergunning.
Engel:
Nee, ik heb het nu letterlijk geciteerd. Er staat in het artikel het gebruik van het middel waar een vergunning voor is verleend voor het gebruik, et cetera. Dus u kunt het lezen, maar daar gaat het nu niet over. We zijn er gelukkig over eens dat die bevoegdheid bestaat. En heel specifiek voor het Nederlands grondgebied, dan gaan we niet kijken naar andere cijfers. Dat lijkt me een hele rare instelling. En dan kom ik nog bij het EPAR en wordt ook de PSUR genoemd en allemaal van dit soort dingen. Ik heb ze toevallig allemaal doorgenomen. Ik ben farmaceut van opleiding en er staat nergens een berekening in. En er wordt gezegd dat het een weging is. Nou, ik heb eventjes de weging van de meningokokkenvaccinatie erbij gepakt. En wat valt me daarin op? dat er gewoon standaarden zijn. Er wordt met kwalities gerekend. Het mag 20.000 euro kosten per gewonnen levensjaar. Er wordt een melding gemaakt van Incremental Cost-Effectiveness Ratio, de ICER. Waar is dit? Ik kan het nergens vinden. In geen Nederlands stuk, in geen Europees stuk. Er zijn geen net risicoberekeningen gemaakt.
Rechter:
Dat brengt mij nu meteen op de volgende vraag. Ik wil nog wel aan de vertegenwoordiger van de minister vragen of ze willen reageren op wat er gezegd is over dat de cijfers van het LAREB in ieder geval onvoldoende zijn meegenomen.
Verweer (ministerie):
Weten wij niks van. Ik zou niet weten waar dat, dat is ook niet onderbouwd verder. Dat wordt dan nu, net als die batchnummers, die worden er nu bij de haren bij gesleept. Informatie over batchnummers, daar kijkt natuurlijk de minister naar, ook van Nederlandse batches juist. Dat is ook een nieuw argument, dat de stichting de batchnummers wil hebben. En stel dat er allerlei verschillen zouden zijn tussen die Nederlandse batches van deze vaccins en andere Europese batches. Ja, dat is voor het eerst. Daar kan ik zo’n standpunt niet op regelen.
Rechter:
Op zich gaat deze zaak daar denk ik niet over. Dat zit ook in de voorlopige regeling. Wat wel volgens mij ook een belangrijk punt is, is, nou ja, goed, dit werd ook al aangegeven, wat er eigenlijk, nou ja, De balans tussen de risico’s en de baten, die is er eigenlijk niet, die stukken worden niet overgegeven. Wilt u daar nog op reageren?
Verweer (ministerie):
Ja, dat heb ik eigenlijk net al gedaan. Het proces tot toelating van een geneesmiddel is een proces dat uit verschillende stappen bestaat. En een van die stappen is dat er een EPAR wordt opgemaakt. En in die EPAR staat eigenlijk alle informatie die op dat moment beschikbaar is over dat geneesmiddel, dus over de bijwerkingen, over de effectiviteit, over de doelgroepen, ga maar door en al het onderzoek dat er beschikbaar is. En in die EPAR zit, en dat zijn allemaal… De stichting heeft ze ook gezien, hoor ik, en ook gelezen. Dat is niet eenvoudig, maar dat zijn allemaal stukken die openbaar beschikbaar zijn. En daar staat een hoofdstuk in over hoe precies die baten-risicobalans heeft plaatsgevonden. Dus daar zie je precies, nou ja, we zien nu deze bijwerkingen, we zien nu deze voordelen, we zien nu dat er zoveel mensen minder ziek worden.
Rechter:
…Van de Gezondheidsraad, die zijn ieder jaar toch een beetje verschillend. En wilt u daar nog op… Ik heb ze van de laatste jaren beschreven naast elkaar. Het is inderdaad de groepen waarvoor geadviseerd wordt om die uit te nodigen voor de campagne, die verschillen niet. Maar op basis daarvan zegt de stichting er is dus een wijziging in die balans.
Verweer (ministerie):
Adviezen op… Jawel, maar dan zou het op zich wel hulpzaam zijn als er ook wordt gezegd over welke passage het dan gaat. Wij denken dat het gaat om een passage in het advies van de Gezondheidsraad. Daar staat dat in 2024 de commissie adviseerde om de COVID-vaccinatie aan te bieden aan volwassenen die jaarlijks griepvaccinatie aangeboden krijgen. In de huidige situatie raadt de commissie vaccinatie niet meer aan voor 18 tot 49-jarigen uit deze groep. De ziektelast is gedurende de afgelopen jaren minder geworden en was in de afgelopen winter laag. Daarnaast is het risico op ernstige ziekte en sterfte als gevolg van COVID-19 bij mensen van 18 tot 49 die behoren tot de griepgroep lager dan bij de griepgroep van 50 jaar.
Rechter:
En voor deze groep is het correct, ja. Oké, dat is prettig.
Verweer (ministerie):
Het advies van de Gezondheidsraad gaat over het Rijksvaccinatieprogramma. En de Gezondheidsraad neemt andere meer overwegingen mee in dat advies dan in zo’n baten-risicobalans plaatsvindt. En dat zie je ook in dit citaat dat ik net voorlas, dat ziektelast speelt daarin bijvoorbeeld een rol. Dus er wordt gekeken van deze specifiek bepaalde groepen Hoeveel last hebben die eigenlijk van dat virus? Hoeveel mensen worden er ziek? Hoeveel mensen worden er ernstig ziek? Hoeveel mensen overlijden er? En dat wordt meegenomen. En daar wordt het advies op afgestemd. Terwijl de baten-risicobalans dat niet doet.
Rechter:
Als ik het heel kort samenvat, u zegt dat het eigenlijk alles moet vergelijken.
Engel:
Nee, dat is gewoon incorrect. Ik heb net al aangegeven waar de standaard te vinden is. Dat is de vaccinatie tegen meningokokken, 19 december 2018. Daar had helemaal uitgelegd hoe die berekening wordt gedaan. Maar ik wil nog een stukje citeren van het CBG zelf, uit collegevergadering 977, als ik mag, van 29 april 2021. Opgemerkt dient te worden dat door het CHMP, dat is een commissie van de EMA, geen standpunt is ingenomen over de balans tussen de benefits en risks voor de verschillende leeftijdsgroepen. Dit in tegenstelling tot de externe communicatie van de EMA, die aangeeft dat de benefit-risk-balans positief is voor alle leeftijdsgroepen. Dan komt het meest opmerkelijke, cursief gedrukt. Vertrouwelijke informatie is weggelaten. Het betreft informatie waarvan openbaarmaking de internationale betrekkingen van Nederland schaadt. Ik ben benieuwd wat daar staat. Dan ga ik verder. De benefit-risk-balans op individueel niveau bij jongere patiënten zonder specifieke COVID-19-risicofactoren anders is dan bij ouderen en bij patiënten met specifieke COVID-19-risicofactoren. Dit laat zien dat wat eenmaal heeft gecommuniceerd naar buiten heel wat anders is dan wat er naar binnen is geregistreerd en dat het CBG het ook heeft opgemerkt in hun eigen verslagen. Het is niet de enige keer. Ik ga naar collegevergadering 992 van 8 december 2021. In lijn met het standpunt over de reeds goedgekeurde indicatieuitbreiding van Comirnaty Er wordt vanuit het college opnieuw kenbaar gemaakt dat de klinische voordelen ten opzichte van volwassenen een stuk kleiner zijn, omdat er bij kinderen vrijwel geen ernstige COVID optreedt. In lijn met Comirnaty zou het college graag zien dat in de beschrijving van de Benefit-Risk-Balance wordt opgenomen dat de Benefit-Risk-Balance met name positief is voor kinderen met onderliggende risicofactoren. Wat dit allemaal laat zien, is dat er nogal wat discussie is geweest over wat er moest gecommuniceerd worden, over of er berekeningen zijn gemaakt, welke leeftijdsgroepen er is. Er werd net beweerd dat dat bij de gezondheidsraad ligt, maar ik herhaal nog maar eens, dit is het collegeverslag van het CBG.
Rechter:
U had een nummer genoemd?
Engel:
Ja, 977, dat is de belangrijkste. En de datum? 29 april 2021. En de volgende die ik heb geciteerd is 992 en die is van 8 december 2021.
Rechter:
En zo. Ik heb ze ook in het dossier van de minister gezien. Ik lees het nu over 2021. We kijken nu natuurlijk ook wel naar hoe het nu is.
Engel:
Dat snap ik. Maar is de situatie veranderd?
Rechter:
Daar verschilt u over van mening.
Engel:
Nou, ik heb niks gezien aan bewijs van tegenpartij dat er nu wel onderbouwing is. Als ik dit lees, dan zie ik, en dat wordt dan ook later in 993 toegegeven, door dit niet te doen, kan met name bij personen die kritisch staan tegenover vaccinatie, ten onrechte de indruk ontstaan dat informatie wordt achtergehouden, dus aanhalingstekens. Dit is een lastige afweging. Dus het CBG is zich heel erg bewust van het krachtenveld waarin ze zitten, namelijk dat het doorgaan met prikken helemaal geen medische aangelegenheid is, maar een politieke aangelegenheid.
Maria-Louise:
Een financiële aangelegenheid. En wacht, sorry, ik wil nog één ding hier op toevoegen. Jawel, dat is wel belangrijk, want het gaat over de huidige bijsluiter van Pfizer.
Rechter:
Ik heb het net uitgelegd. Ik krijg straks ook nog de gelegenheid. Maar ja, herkenning is heel belangrijk, dus dan mag het nu.
Maria-Louise:
Ja, want ik vond het een beetje zonde van dat printpapier om de hele bijsluiter van Pfizer te printen. Maar die is inmiddels, althans het verandert steeds, maar hij is op dit moment 562 pagina’s. Dus dat is dikker dan een heel pak printpapier. Vind ik vrij bijzonder voor een geneesmiddel. Maar goed, je hoeft niet eens zo heel ver te bladeren, want op pagina 5 staat een kopje bovenaan, myocarditis en pericarditis. Dat gaat over ontsteking van de hartspier of het hartzakje. En dan staat er, er is een verhoogd risico op myocarditis en pericarditis… …na vaccinatie met Comirnaty. Deze aandoeningen kunnen binnen enkele dagen na vaccinatie optreden… …en deden zich voornamelijk voor binnen 14 dagen. Ze werden vaker waargenomen na de tweede vaccinatie… …en vaker bij jongens en jonge mannen. De beschikbare gegevens wijzen erop dat de meeste gevallen herstellen… …maar in sommige gevallen was ondersteuning op de intensive care nodig… En er zijn fatale gevallen waargenomen. Dus er wordt letterlijk toegegeven door de farmaceut zelf dat er jonge mannen dood zijn gegaan aan de prik. En op dit moment kunnen we wel zeggen we prikken geen mensen meer tussen de 18 en 49. Maar dat is niet waar, want er worden namelijk wel degelijk mensen tussen de 18 en 49 met een verstandelijke beperking geprikt. Waarbij dus gewoon een risico op de dood geaccepteerd wordt. Het kan alleen maar met één woord gedekt worden. Het gaat hier gewoon om corruptie. Op het moment dat jij toestaat dat de farmaceuten in hun bijsluiter mogen zeggen dat er jonge mannen doodgaan aan de prik. En we gaan hier een discussie voeren over het feit dat deze prikken zogenaamd nodig zijn, veilig zijn. Nee, er gaan mensen dood. Het is een zaak van leven of dood. En dat lijkt iedere keer niet door te dringen. Maar het geld is nog steeds kennelijk belangrijker dan de gezondheid van de mensen zelf. Het moet gewoon een keer tot een einde komen. Het is genoeg geweest.
Rechter:
Ik had nog één vraag en die ging over keuze, maar ik denk dat daar al voldoende over overgezegd is. En ik had nog een laatste vraag, maar die ga ik niet stellen. Dus omdat ik, ja, ik ga hem toch stellen. U zegt van ja, door de bijwerking gaan de mensen dood. De bedoeling van een vaccin is dat er ook mensen niet ernstig ziek worden en niet doodgaan. En daar heb ik nu niks over horen zeggen.
Engel:
Mag ik? Ja. Een vaccin is een bijzonder geneesmiddel omdat het niet geneest, maar voorkomt. Het is een profylaxe, een preventief middel. Dat betekent dat het over het algemeen bij mensen wordt ingespoten zonder klachten. En daar ging mijn eerste opmerking over, over compassionate use. Compassionate use, dat is niet wat wij claimen dat er wordt gebruikt. Maar de vermenging van de gedachtengang van het VWS is heel duidelijk dat er net wordt gedaan alsof die kwetsbare mensen allemaal al bijna dood zijn. Nee, we hebben het hier over het algemeen mensen zonder klachten of in ieder geval met klachten waardoor ze nog volledig kunnen functioneren. Wat dat inhoudt is dat de toegestane risico’s in die benefit-risk of risk-benefit balans veel kleiner zijn dan bijvoorbeeld bij terminale kankerpatiënten. Bij terminale kankerpatiënten kan je inderdaad experimentele therapieën toepassen als ze nog maar drie maanden te leven hebben. We hebben het hier over mensen die nog decennia te leven hebben. Daar kan je geen bijwerking als de dood toestaan. Dat is het waanzinnige wat hier aan de gang is.
Rechter:
Ja, er is waarschijnlijk in uw beleving nog veel meer te bespreken, maar het gaat hier toch om de voorlopige voorzieningen. Maar dat betekent, als ik door mijn vragen heen ben, dat ik altijd nog even kijk van zijn er echt nog dringende dingen die niet besproken zijn, maar die wel gesproken moeten worden. En dan heb ik ook heel duidelijk over een voorlopige voorziening. Dus dingen die echt nog van belang zijn voor de vraag van ja, moet ik nou een voorlopige voorziening gaan trekken? Ja, wel moeilijk.
Van der Veer:
Ja, nou ja, goed, bij de spoedeisendheid werd ook steeds toch een discussie gevoerd over nou, hoe is nou deze procedure verlopen? Ligt het aan ons dat het niet zo lang heeft geduurd? Er werd daarnet gewezen vanuit andere partijen ook van de aanvraag in de loop van de tijd van kleur verschoten. Dat zou je kunnen zeggen, al vrij snel nadat het verzoek was ingediend.
Als het niet op basis van de Geneesmiddelenwet zelf kan, dan is dat artikel daar in de verordening zelf, moest worden opgevat. De discussie is daarna ook telkens daarover gegaan.
Rechter:
De voorzieningenrechter bij de afdeling heeft daar ook iets over gezegd.
Van der Veer:
Ook, maar ook al bij uw rechtbank en zeker tot eind vorig jaar bij de inhoudelijke behandeling was het duidelijk waarop ons verzoek was gericht. Dan kun je het hebben inderdaad over de vraag hoe je dat dan moet duiden zeg maar in de wet onder welke wetsartikel dan een bevoegdheid kan worden aangegeven. Maar op dat moment was al bekend dat dit onze doelstelling was en dat dat verzoek ook zodanig had kunnen worden opgevat dat het gericht was op het schorsen van het gebruik. Omdat ons doel altijd is geweest die prikcampagne moet onmiddellijk gestopt. Omdat ons doel altijd is geweest die prikcampagne moet onmiddellijk gestopt. Omdat wij dit standpunt nu pas in de laatste weken hebben veranderd en ingenomen dat het nu pas duidelijk is geworden dat dit verzoek ook op artikel 20 lid 4 van de verordening zit. Dat is een onjuiste weergave van zaken. En dan wordt er ook nog eens gezegd, u hebt voldoende middelen gehad, u heeft een ingebrekestelling. Het probleem is, daar gebeurt allemaal niks mee met dat soort ingebrekestellingen. We hebben geprobeerd na de afwijzing vorig jaar bij de rechtbank snel een verzoek in te dienen bij de IGJ. Ook snel een beslissing af te dwingen. Wat is het gevolg? We worden niet-ontvankelijk verklaard, want dan hebben we te snel een verzoek. Het bezwaar, we zien nu alweer aankomen, dat het bezwaar gaat niet-ontvankelijk worden verklaard, omdat we ons niet ontvankelijk hadden. Dus het is echt aan u om nu iets inhoudelijks te gaan zeggen. Want wij gaan geen inhoudelijke reactie nu krijgen waarschijnlijk. Dat zullen we dan weer, niet voor 5 december, maar ook dan niet. Dan is de kans weer dat wij niet-ontvankelijk zullen worden verklaard, dat we weer naar de rechtbank zullen moeten. En dan zijn we weer zoveel verder. Dus daarom, mijn pleidooi, Kijkt u daar goed naar hoe dit gelopen is?
Rechter:
Daar ligt een inhoudelijk besluit en er zijn wat hobbels te nemen, het spoedeisend belang en de vraag of u ontvankelijk bent, daar hebben we het net uitgebreid over gehad. Daar moet ik beslissing van nemen en. Als die hobbels genomen zijn, dan kan ik iets over de inhoud zeggen.
Van der Veer:
Gelukkig merken we nu dat u geen twijfel hebt over de spoedeisendheid, ook niet over de belanghebbendheid.
Ja, inderdaad. Er is gewoon een vertragingstactiek toegepast door ons de verkeerde kant op te wijzen. En ook nu in de laatste procedure bij de minister zelf wordt gesuggereerd dat wij het sneller hadden kunnen laten verlopen. Maar hoe dan in godsnaam? We hebben elke maand opnieuw een ingebrekestelling of een herinnering gestuurd.
Rechter:
Maar daar ga ik denk ik niks over zeggen, want het gaat nu ontvlogen. Maar u wil dat even kwijt hebben.
Van der Veer:
Nou, omdat ze het verkeerde punt hebben gemaakt en ik weet niet wat ze ermee denken te bereiken in deze procedure, maar ik wil daarom toch op reageren.
Rechter:
Ik ga het rijtje langs.
Engel:
Ja, eigenlijk één opmerking, of in ieder geval één onderwerp, twee opmerkingen. In maart 2025, februari 2025, is er een nieuwe guideline on the quality aspect of mRNA vaccins bij de EMA uitgebracht. En ik heb die doorgenomen. Het is niet per se een argument, maar het is een inleiding. En als u wilt, dan mag u deze hebben. Waar we een stukje van hebben getwijfeld. Zullen we ze nog insturen? Waarom ik het aanhaal, is dat ik dacht van hé, dit heb ik al eens eerder gelezen. Ja, dit is de guideline voor Gentherapie. Waarom is dit zo van belang? De classificaties zijn door elkaar gehaald. We hebben het vandaag niet over gehad, dat er inderdaad DNA-vervuiling zit in de prikjes. En dat is logisch, want het wordt met een genetisch gemodificeerde bacterie gemaakt. Er zijn weer andere onderzoeken die hebben gezien van, ja, maar de toegestaande lichting Niet, van die is ver overschreden. Dan is er nog weer een DNA-vervuiling onderzoeker, die heeft nu aangetoond, hé ja, met het agressieve stage 4 blaascarcinoom zit er niet in zien de prikjes. wij inderdaad de integratie van die spike-proteïne-codering, van die mRNA-injectie. Dus helaas, ondanks dat de tegenpartij al jaren beweert, het is geen gentherapie, er is geen gevaar voor de volksgezondheid en het milieu, want daar heeft de minister eindelijk een keer op gereageerd, die is er wel, dat is ook bewezen. En vandaar dat we niet alleen over de bijwerkingen, de acute bijwerkingen praten, maar ook over de grote golf die ons te wachten staat voor onvruchtbaarheid en agressieve turbokankers en milieuvervuilingen, zoals het van het microbioom waarbij mensen allemaal antibioticaresistente bacteriën in hun darmen zullen hebben. Dus het gaat niet alleen om wat er nu al is voorgevallen. Er staat nog een heel stuwmeer ons te wachten.
Maria-Louise:
En daar heb ik een hele korte opmerking nog over om mee af te sluiten. Ik heb, godzijdank ontvang ik hem zelf niet, maar de uitnodiging 1A4’tje. En dan is het toch wel heel opmerkelijk dat daar een kopje staat met bijwerkingen. De prik kan bijwerkingen geven zoals pijn aan uw bovenarm op de prikplek. En u kunt zich een paar dagen niet lekker voelen. Deze bijwerkingen zijn een normale reactie van uw lichaam op de prik. Ze zijn meestal na een paar dagen over en ernstige bijwerkingen komen bijna niet voor. Terwijl we zien dat al die turbokankers en al die plotselinge doden het gevolg zijn van de prikjes. Dus er is sprake van een totaal verkeerde voorlichting en het is dus ook absoluut niet mogelijk voor de meeste mensen om daadwerkelijk op volledige informatie de beslissing te nemen om deze prikken te halen. En daar moet tegenwoordig ingegrepen en daar zou ik graag mee willen afsluiten.
Van der Veer:
Nog één afsluiting. De ordemaatregel is dus eerder afgewezen wat ons betreft op onrechte gronden. Dus we zouden graag van u vragen om opnieuw u uit te laten over een ordemaatregel en daarbij ook zeker in ogenschouw te houden het adagium van de gezondheidszorg. Eerst geen kwaad doen.
Rechter:
Dus u vraagt nu in feite aan mij om nu op dit moment een ordemaatregel te geven. Mag u op reageren? U heeft de gelegenheid sowieso om voor de laatste opmerkingen.
Verweer (ministerie):
Wij zien om de redenen die ook zijn genoemd in het verweerschrift geen reden voor een ordemaatregel. Ik denk misschien dat u volgens mij ook al vrij snel zou komen, dus dan is dat sowieso niet nodig. Ja, ik wilde daar eigenlijk niet zoveel meer over zeggen op die ordemaatregelen.
Die afhandeling heeft al plaatsgevonden. Naar mijn idee moet dat verzoek ook worden gedaan bij het indienen van het verzoekschrift en niet nu op zitting nogmaals. Dat kan misschien wel, maar volgens mij is die al afgewezen. Dus het lijkt me een herhaling van zetten.
Rechter:
Dit is over de ordemaatregel. Zijn er verder nog dingen die zijn blijven liggen waarvan u zegt, ja dat zou ik toch nog naar voren willen brengen. Aan andere kanten de gelegenheid is gegeven.
Verweer (ministerie):
Het hele procedurele gedeelte, daar heb ik wat over gezegd, daar is op gereageerd. Dat is wat mij betreft voldoende. Ook over ingebrekestellingen, over hoe het procedureel is gelopen. Daar hebben we genoeg over gezegd. Twee dingen die ik nog even recht wil zetten. Soms hoor ik dingen die heel shockerend klinken. Ik vind het vervelend als het blijft hangen. Het zijn twee eigenlijk. Doden die zijn gemeld in de afgelopen weken of dagen. Daarbij is het van belang om het onderscheid te maken tussen bijwerkingen die zijn gemeld. Dat zijn vermoedelijke bijwerkingen van patiënten of door zorgverleners gemeld. Dat betekent nog niet dat dan al is vast komen te staan dat het daadwerkelijk om een bijwerking gaat van het vaccin. Mensen gebruiken allerlei medicatie, mensen hebben allerlei onderliggend lijden. Van het vermoedelijk, de bijwerking van het vaccin is niet hetzelfde als dat er een causaal verband is tussen het vaccin en de gemelde bijwerking. Dat is één.
Dat is denk ik een van de belangrijke nuancen. Daarnaast het bewijs dat tegen ons af ligt aan het primaire besluit. Dat is denk ik op pagina 2 van het advies van het CBG allemaal genoemd. Er worden ook voetnoten opgenomen met verwijzingen naar alle recente rapporten. Zojuist werd myocarditis genoemd. Myocarditis is een zeldzame bijwerking. En het ziekteverloop is in het algemeen mild. Fatale gevolgen van myocarditis zijn zeer zeldzaam. En daarbij komt myocarditis vaker voor als gevolg van infectie met COVID-19 dan als gevolg van deze vaccins. Het komt vaker voor als gevolg van infectie met COVID-19, juist daarvoor deze vaccins beoogd te beschermen, dan als gevolg van deze vaccins. Wat er ook van zei, myocarditis als bijwerking is op de radar en is zeker ook meegenomen in al die documenten, veiligheidsrapporten, Safety-updates die genoemd zijn op pagina 2 van het advies van het CBG, waarop het besluit van de minister is gebaseerd. Dus het zit erin. Het is niet iets wat nog niet gezien is en nog los staat van wat we hier vandaag in de discussie hebben staan. Daar wil ik het bij laten.
Rechter:
Hebben jullie nog iets aanvullends? Nee? Goed, dan zijn we op het eind gekomen van deze zitting. We hebben de rondjes gemaakt.
Engel:
Dat snap ik en daarom maak ik ook een punt van orde. Als u mij daartoe staat. Want wat hier wordt beweerd, dat zijn blote stellingen, dat zijn leugens.
Rechter:
Kijk, alle standpunten heb ik gehoord. Het is ook zo, we doen nog een ronde aan het eind, waargenomen dat u het er niet mee eens bent. En daar wil ik het graag bij laten. We zijn aan het eind gekomen van deze zitting. Dat betekent dat ik over het onderzoek ga sluiten. En dat betekent dat ik ga nadenken over de uitspraken. Ik doe zeker nu niet meteen uitspraken, om over na te denken en dat moet gewoon goed overwogen worden en op papier worden gezet. Dus dat heeft, ik kijk ook naar de tijd, ik had al lang met een volgende zaak moeten beginnen, dus dat betekent dat ik ook geen ruimte heb om een mondelinge uitspraak te doen. Dat ga ik op hele korte termijn doen en dan moet u denken aan de termijn van een week. En gelet op het feit dat ik binnen een week een uitspraak ga doen, zal ik ook geen ordemaatregelen treffen. Wij zijn niet af, we treffen gewoon. Dus dat is het. En uiterlijk vandaag over een week krijgt u van mij uitspraak. En u gaat naar meneer van der Veer, krijgt u van hem te horen. Uitstapje, en dan gaat ook u uitgaan naar de minister. Dan dank u allemaal voor uw komst en u geeft informatie en u mag weer opstappen. Goed, dat zal toch een hele zin zijn geweest. Misschien goed het eerste publiek eventjes naar buiten gaan en dan daar.
Samenvatting
Na uren van intens debat en emotionele getuigenissen is de zitting ten einde gekomen. De rechter kondigde aan binnen een week uitspraak te zullen doen. Voor Ranjana, Jason en de mensen achter de Stichting voor Waarheid is het opnieuw een moment van afwachten, maar ook van volharding. Jarenlang voeren zij al strijd tegen wat zij ervaren als onrecht en opgelegde vaccinatiecampagnes.
De spanning blijft. Toch klinkt er hoop. Hoop dat hun zorgen dit keer niet genegeerd zullen worden. De zaak raakt aan fundamentele vragen over volksgezondheid, overheidsmacht en individuele vrijheid. Of deze zitting het keerpunt zal zijn, zal de uitspraak moeten uitwijzen.
