Het gesprek tussen Baudet en minister Adema ging op een heel vriendelijke manier, eigenlijk. De twee heren spraken op een toon met elkaar die duidelijk maakte dat er over en weer waardering is, zeker wat betreft de visserijstandpunten van de ander. Want ja, de pulsvissers zijn in naam van de EU kapotgemaakt, en juist vandaag hoorden we door publicatie van een uitgebreid rapport dat die aanval op de pulsvissers onterecht was. Ondertussen is de pulsvisserij helemaal verdwenen.
.@ministerlnv nu over de #pulsvissers: “Het is echt doodzonde dat we die techniek kwijt zijn.”
Alsof het een natuurfenomeen is geweest. Alsof die techniek van de een op de andere dag – uit het niets – plots foetsie was.
De EU – onder leiding van Frankrijk – wilde er vanaf. En…
Baudet waarschuwde daar jaren al geleden al voor. Want, zei hij toen meermaals, de EU-oorlog tegen pulsvissers was op niets gebaseerd. Het was een ranzig spel van Frankrijk en andere EU-landen om Nederlandse visserij-concurrentie uit te schakelen. Als een rechter zich over de zaak zou gaan buigen zou, zei hij, die ongetwijfeld tot de conclusie komen dat de pulsvissers niets misdaan hebben en gewoon door hadden moeten kunnen gaan met hun werk.
Helaas deed het kabinet daar weinig mee. Ja, Adema kaartte het onderwerp op verschillende momenten aan in de EU, maar toen de rest van de Europese landen met Frankrijk voorop daar niets mee deden zei hij niet: “We leggen het hoofd in de nek en beschermen onze vissers. Als de EU dit wil moet Brussel dit maar bij de rechter afdwingen.”
Logisch genoeg haalde Baudet daarom nu zijn gram. Niet op een vervelende, agressieve methode, maar juist op een heel zakelijke en rustige manier. “Het is zonneklaar dat hier nationale belangen spelen en dat landen als Frankrijk in de EU zitten vanuit hun eigen nationale belang,” aldus Baudet. “Onze kritiek” op de houding van het kabinet in de EU “is dat wij [als Nederlanders] denken dat anderen net zo altruïstisch zijn als wij.”
Nederlanders zijn de grootste nettobetalers van de EU. Toch delft Nederland keer op keer het onderspit in Brusselse onderhandelingen. Het kostte de pulsvissers hun broodwinning. @thierrybaudet wil dat er véél harder wordt onderhandeld namens de Nederlandse bevolking. #FVD
Maar dat is niet zo. “Wij betalen aan ons blauw aan de EU,” ging hij verder. We hebben Zuid-Europese landen steeds weer gespekt. “We gaan nu weer die Franse onderzeeërs helpen. Onze boeren worden uitgeknepen. Die HABITAT-richtlijn. Het gaat maar door.”
“En,” zei Baudet, de reactie daarop van minister Adema en de rest van het kabinet is, “we moeten met de pet rond. We moeten iets aanbieden. Wat zou er gebeuren als, laten we dit als gedachte-experiment doen, jongens jullie beboeten ons, prima, maar wij betalen die boete niet. En als je dan toch met een boete komt [en het doorzet], dan nemen we die in mindering op onze bijdrage aan de EU. Dit gaan we gewoon niet doen. Punt.”
“Zo werkt het niet”
Waarom, zei Baudet, heeft Adema dat niet gedaan? Toen niet, en ook nu nog niet. Zijn warrige verhaal was dat “het niet zo werkt” in Europa. Dat je daar “niet met je vuist op tafel” kunt slaan en kunt zeggen, “NEIN!” Nee, op de één of andere manier zou het daar allemaal veel complexer zijn. Echt waar!
En toen kwam de meest hilarische uitspraak van allemaal. “Ik noem dat geen machtspolitiek,” zei Adema, “ik noem dat risicopolitiek van de bovenste plank. Want op het moment dat onze vissers zouden uitgaan met Pulsstar, op het moment dat we zouden gedogen dat onze boeren gaan uitrijden, dan zullen er in Nederland procedures worden aangespannen!”
De reactie van Baudet daarop? Geheel chad. “Nou en?” Inderdaad, nou en? Dus? Laat ze maar procederen. We doen het niet. Punt.
Vervolgens riep Adema weer dat hij “heel veel” doet om in Europa “voor steun” te zorgen voor onze vissers… een tactiek, zei hij daarop ook nog eens zelf, die niet werkt.
Dit is natuurlijk ronduit bizar. Het werkt niet. Met “de pet rondgaan” als één of andere bedelaar is belachelijk. Nederland is een grote nettobetaler. We hebben macht. We hebben invloed. Wij hebben samen met Duitsland de portemonnee. Wij kunnen doen en laten wat we willen in Europa – en als wij “NEE” zeggen dan ís het nee.