Wat we hier zien, is niets minder dan een hittegolf op de huizenmarkt. Woningen gaan als warme broodjes over de toonbank. Makelaars verkochten in het tweede kwartaal van 2024 ruim 35.000 bestaande koopwoningen, een stijging van 3 procent vergeleken met dezelfde periode vorig jaar en 18 procent meer dan in het eerste kwartaal. Dit soort groei in een zo korte tijd is ronduit alarmerend.
De betaalbaarheid van een huis in Nederland staat op het spel. De prijzen zijn vergeleken met vorig jaar met maar liefst 13,6 procent gestegen. En als je denkt dat dit het ergste is, wacht dan maar tot je hoort dat twee op de drie woningen nu boven de vraagprijs worden verkocht. Vorig jaar was dit nog maar 39 procent. De concurrentie is moordend; kopers voelen zich genoodzaakt om belachelijk hoge biedingen te doen uit angst om naast de felbegeerde woning te grijpen.
Makelaars zoals Marc van der Lee van de NVM maken zich zorgen in het AD. Ondanks de krapte in de markt, lijken mensen nog steeds vertrouwen te hebben in hun koopkracht, geholpen door inkomensstijgingen en hypotheekrentes. Dit is echter een gevaarlijke illusie. De realiteit is dat het aanbod van woningen nog steeds veel te klein is. Nieuwe bouwprojecten worden minder vaak ingetrokken, maar dit is bij lange na niet genoeg om de stijgende vraag bij te houden.
Nederland bevindt zich op een gevaarlijk pad. Als er niet snel iets verandert en de nieuwbouw niet drastisch wordt opgevoerd, dreigen we af te stevenen op een betaalbaarheidscrisis van ongekende omvang. Het is hoog tijd dat de overheid wakker wordt en actie onderneemt om deze huizenmarktcrisis aan te pakken, voordat het te laat is.